Afbeelding

‘n Mirreweenterhoorn roop kleent in Boorn

Uitgaan en cultuur

door Peter van der Molen

BORNE - Maandagavond, even na zeven uur, was hij weer te horen. Ongeveer 12 ‘bloazers’ van de Boornse Mirreweenterhoorn Bloazers (BMB) lieten vanaf het plein voor het Kulturhus De Bijenkorf om beurten de ‘oale roop’ klinken. Een lichtpuntje op een sombere regenachtige dag. Een dag eerder was de Adventperiode aangebroken en dan mag vanaf het ‘anbloazen’ de boodschap van licht weer gedurende zes weken in alle vrijheid weerklinken. Op de zondag na 6 januari (Drie Koningen) wordt afgesloten met het ‘afbloazen’.

Hier en daar bestaat het idee dat het winterhoorn blazen een eeuwenoude traditie is die teruggaat tot het Germaanse Joelfeest. De werkelijkheid is echter dat deze ‘traditie’ pas rond 1919 is ‘uitgevonden’. Het raakte daarna in verval, maar werd rond het midden van de vorige eeuw weer in ere hersteld. Aanjager in Twente was vooral Toon Borghoes uit Oldenzaal die vanaf 1953 met name de boerenzonen weer aan het blazen kreeg. Hij dichtte:

‘Wat toet ‘t daor toch?

Wat toet daor toch van wieden?

Daor kleent van allen kaant

‘n leed van zeut verblieden

Dat jag mien hett’in braand,

‘n Mirreweenterhoorn

Roop weer in Twééntelaand,

Zijn oproep kreeg gehoor. In Borne was Jan Moller 44 jaar geleden een van de oprichters van de BMB en hij is nog steeds de voorman van de ongeveer 20 bloazers kennende club van liefhebbers. ‘Wij zijn geen vereniging, maar gewoon een club mensen die tradities in ere wil houden en wij zijn blij dat wij weer van ons kunnen laten horen. Buiten deze zes weken mogen wij alleen binnenshuis oefenen. In de kerk mag het dan ook als er bijvoorbeeld een oud lid overleden is. Wij houden ons aan die regels.’

Inmiddels zijn er aan weerszijden van ‘n poal zo’n 28 clubs actief waarvan 25 in Twente onder de paraplu van de Stichting Midwinterhoorn Blazen Twente. Daarnaast zijn er ook particuliere blazers actief. ‘Sommige blazers maken hun eigen hoorn en gebruiken daarvoor vooral Elzen en Berkenhout. De takken van die bomen hebben dikwijls van nature al die kromming die in de hoorn moet zitten. Het mondstuk wordt vaak van vlierhout gemaakt. Maar je kunt hoorns ook kopen van liefhebbers die veel werk steken in het maken ervan. Er gaat toch gauw zo’n 30 uur in het maken van een hoorn zitten.’

Eigenlijk is er sprake van twee types hoorn. De Natte en de Droge. De ‘natte’ worden voornamelijk in de omgeving van Vasse gebruik. Die hoorns worden geregeld in water gelegd waardoor de naden beter dicht trekken. Zij zijn daardoor zwaarder en worden bij het blazen vaak op de rand van een put gelegd. In de rest van Twente wordt voornamelijk op de droge hoorn geblazen.

‘Er staan voor de komende weken weer diverse activiteiten op het programma. De Twentse Midwinterhoornwandeling wordt dit jaar op 18 december in Enschede gehouden. Op zo’n 20 verschillende plaatsen staan dan blazers opgesteld die de roep als het ware doorgeven. Elk jaar wordt die wandeling op een andere locatie gehouden. Voor ons vormt Kerstmis in Oud Borne op 10 december een van de hoogtepunten in de ongeveer 25 optredens die gepland zijn. Op 27 december – daags na Kerst – hebben wij een traditioneel optreden op het Weleveld bij die ijzeren figuren.’

Moller is blij te zien dat ook na 44 jaar het midwinterhoornblazen in Borne nog volop leeft: ‘Wij hebben er nu drie jonge gasten bij en dat is belangrijk om deze traditie door te geven. Dat hoort ook bij een boodschap van hoop.’